vrijdag 4 maart 2011

Deshima 4 maart Het is genoegzaam bekend, dat onze vroeger zo voordelige handel op Japan, die aan de fabrieken op de kust van Bengalen [noordoostkust van India] en Coromamdel [zuidoostkust van India] zo veel bedrijvigheid gaf, en ons bovendien grote hoeveelheden goud en zilver opleverde, zich thans bepaald tot een eenvoudige jaarlijkse uitvoer van zeven à 11.000 pikol [= 682.000 kg] koper en 500 pikol [= 31.000 kg] kamfer.


Negotietijd op Deshima.

Dit zijn de enige artikelen, welke voor rekening van het Indisch bestuur uitgevoerd worden. De Japanners krijgen van ons, om hun verzoek, poedersuiker, sappanhout, tin, olifantstanden, kruidnagelen, poetjoek, katjoe [medicinale grondstoffen], zwarte peper, kwikzilver, lakens, chitsen, goud en zilverstoffen, fijne hamans, Taffachelassen [fijne, gestreepte zijden of katoenen weefsels uit Coromandel], polemieten, alsmede ducatons, welke artikelen alle voor vast bepaalde prijzen worden verhandeld, en met welke opbrengst het koper, de kamfer en de lasten van handel moet worden betaald. Men noemt deze rekening de Kompagniesrekening, omdat deze uitsluitend voor gouvernementszaken wordt gehouden, helemaal apart van alle andere rekeningen van bijzondere personen.

Geen opmerkingen: